Duurzame landbouw
We kennen veel verschillende manieren van landbouw in Nederland. Naast de reguliere, intensieve landbouw zijn er talloze duurzame alternatieven die ieder hun eigen specialisaties hebben. Het kan daardoor soms lastig zijn om het onderscheid te zien tussen deze verschillende landbouwvormen. Om je toch een beeld te geven vertellen we hieronder over vier soorten duurzame landbouw.
Biologische landbouw
De biologische landbouw kwam eind 20e eeuw op als reactie op de industrialisatie van de landbouw en de voedselproductie, waarbij steeds meer kunstmest gebruikt werd en geen oog voor de natuur was. Bij het productieproces van biologische landbouw wordt rekening gehouden met het welzijn van mens, dier en het milieu. Zo krijgen dieren van biologische boeren aanzienlijk meer ruimte dan bij gangbare veehouderijen. Daarnaast wordt de natuurlijke kringloop in stand gehouden en wordt er uitsluitend natuurlijke mest gebruikt. Kunstmest, chemische bestrijdingsmiddelen en genetisch gemodificeerde gewassen worden niet gebruikt door biologische boeren. Biologische producten zijn te herkennen aan verschillende keurmerken: EKO, Europees Biologisch en Demeter.

Natuurinclusieve landbouw
De naam zegt het eigenlijk al; bij natuurinclusieve landbouw wordt gewerkt mét de natuur. Het uitgangspunt is dan ook een veerkrachtig voedsel- en ecosysteem. Er wordt optimaal gebruik gemaakt van de natuurlijke omgeving, maar de natuur wordt tegelijkertijd gespaard en verzorgt. Er wordt kortom voedsel geproduceerd binnen de grenzen van natuur, milieu en leefomgeving. Daarnaast draagt natuurinclusieve landbouw ook bij aan de kwaliteit van de natuurlijke omgeving rondom de akkers. Daarbij wordt gewerkt met niet-kerende grondbewerking, groenbemesters en akkerbedekking in de winter.
De Natuur en Milieufederaties werken samen met agrariërs die natuurinclusieve landbouw in de praktijk willen brengen. We stimuleren, organiseren, faciliteren, verbinden en geven richting. Lees verder.

Kringloop- of circulaire landbouw
De termen kringlooplandbouw en circulaire landbouw zijn inwisselbaar en betekenen dus hetzelfde. Het principe van deze landbouwvorm is dat alle biomassa optimaal gebruikt wordt en er een gesloten kringloop is. De reststromen van de ene keten vormen de grondstoffen voor een andere keten. Zo wordt bijvoorbeeld overgebleven voedsel van mensen als voer voor dieren gebruikt. De mest van deze dieren wordt vervolgens gebruikt om akkers te bemesten. Om tot zo’n circulair landbouwsysteem te komen hebben we een transitie nodig waarin plantaardige en dierlijke productieketens slim op elkaar aansluiten. Het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit wil een omslag naar kringlooplandbouw realiseren en heeft daarvoor de visie uitgebracht Landbouw, natuur en voedsel: Waardevol en Verbonden.

Plantaardige landbouw
Bij kringlooplandbouw zijn dieren onlosmakelijk onderdeel van het circulaire systeem en bij biologische landbouw mag enkel dierlijke mest worden gebruikt. Er is echter niet voldoende biologische mest voorhanden om alle biologische akkerlanden te bemesten, waardoor biologische boeren ook gebruik moeten maken van gangbare mest. Dat voelt niet goed. Bij plantaardige, ofwel veganistische, landbouw wordt er dus geen enkel gebruik gemaakt van dieren of dierlijke producten zoals mest. Deze vorm van landbouw staat nog in de kinderschoenen, in Nederland is er momenteel één gecertificeerde veganistische boerderij: Zonnegoed in de Noordoostpolder. De plantaardige werkwijze heeft positieve effecten: de biodiversiteit op de plantaardig bewerkte grond is hoog en het verlies van stikstof, een groot probleem in de landbouw, is minimaal (bron: Volkskrant).

Neem zelf het initiatief
Heb jij ook een duurzaam voedselinitiatief? Dan kom je misschien in aanmerking voor een plekje en promotie op de GoodFoodClub. Neem gerust contact met ons op om te vragen naar de voorwaarden.
Voedselinitiatief aanmelden